vrijdag 27 september 2013

HOE DUUR WAS DE SUIKER

ook: PRICE OF SUGAR, THE
Jean van de Velde

met: Gaite Jansen (Sarith), Yootha Wong-Loi-Sing (Mini-Mini), Kees Boot (Julius Medina de Robles), Yannick van de Velde (Rutger le Chausseur), Benja Bruining (Nathan), Anna Raadsveld (Elza), Bart Klever (Masra Levi), Genelva Krind (Maisa), Maurits Delchot (Caesar), Jaap Spijkers (Van Omhoog), Werner Kolf (Alex), Tinah Mnumzana (Ashana), Mary Twala (Kwemba), Deon Lotz (Masra Jacob)

Gebaseerd op het gelijknamige boek van Cynthia McLeod uit 1987. Historisch drama over twee jonge vrouwen in het achttiende-eeuwse Suriname. De blanke Sarith en haar lijfslavin Mini-Mini wonen op de bloeiende suikerplantage van Sariths familie. De constante dreiging van aanslagen door weggelopen slaven bedreigen hier het beschermde plantageleven. Terwijl Sarith verbitterd raakt door het veranderende koloniale bestaan en de zoektocht naar een man, krijgt Mini-Mini haar eigen kans op geluk. Kan en durft ze die te grijpen ten koste van haar meesteres?

Producent: Paul Voorthuysen, Richard Claus. Camera: Guilio Biccari. Art direction: Darryl Hammer. Kostuumontwerp: Rae Donnelly. Distributeur: Entertainment One Benelux.

Cynthia McLeod was nauw betrokken bij alle versies van het scenario en heeft de dialogen in het Sranan Tongo vertaald.

Grotendeels in Zuid-Afrika opgenomen film, omdat in Suriname geen filmindustrie aanwezig is en omdat branden aan het begin van de 19e eeuw het Paramaribo zoals het er in 1790 uitzag verwoest. Opgenomen in de Zuid-Afrikaanse provincie Kwazulu Natal, waar veel suikerrietplantages zijn. De plantagewoningen Hebron en Klein Paradijs werden nagebouwd in Stellenbosch. Een aantal scènes die zich afspelen in de straten van Paramaribo zijn opgenomen in Kasteel de Goede Hoop in Kaapstad en in Stellenbosch. Er figureren meer dan 650 Zuid-Afrikanen als slaven.

Film begint in het Suriname van 1747.

Openingsfilm Nederlands Film Festival 2013 op 25 september.

Persreacties:
Marieke Kremer in 'Sp!ts' van 24 september 2013: "Al talloze keren konden we zien hoe Amerikanen hun slavernijverleden in films verwerken. Van het romantische Gone With the Wind (1939) tot Tarantino’s wraakfantasie Django Unchained (2012), men heeft daar een lange weg afgelegd. In Nederland zijn we, op de kop af 150 jaar na het afschaffen van de slavernij, nog maar net begonnen. Eerder dit jaar verscheen het goedbedoelde, maar inhoudelijk weinig overtuigende Tula, The Revolt, een Engelstalige film met een internationale cast van Jeroen Leinders over een opstand tegen de blanke overheersers op Curaçao. En nu is er dus Jean van de Velde die met Hoe Duur Was De Suiker de eerste grote Nederlandse publieksfilm over dit gevoelige onderwerp aflevert. Grote vraag: slaagt hij erin om onze zwartste bladzijde te verbeelden op een manier die dat verleden recht doet, en tegelijkertijd een goede film af te leveren? Vooropgesteld: wie hoopte op een keiharde afrekening á la Quentin Tarantino, op een boze film dus, zal teleurgesteld de bioscoop uitkomen. In Hoe Duur Was De Suiker is nauwelijks plaats voor woede en voor vergelding al helemaal niet. (...) Van de Velde had er best wat harder in mogen gaan. Een film over dit thema moet eigenlijk serieus pijn doen en dat is bij Hoe Duur Was De Suiker niet echt het geval. Aan de andere kant: dat het afschuwelijk was, dat weten we natuurlijk al wel, en er is op zich niks mis mee dat Van de Velde de nuance zoekt. De film heeft bovendien twee hoofdrolspeelsters heeft die hun hart en ziel in de rol leggen; vooral nieuwkomer Yootha Wong-Loi-Sing overtuigt als slavin die haar eigen weg moet zien te vinden. En terwijl de dialogen nogal eens houterig klinken, is de film in visueel opzicht wel weer overtuigend; je voelt de plakkerigheid, de viezigheid en ziet dat het leven in de zogenaamd glorieuze Hollandse koloniën zwaar en weinig verheffend was. Hoe Duur Was De Suiker is daarmee niet de definitieve Hollandse slavernijfilm geworden. Als persoonlijk drama over de keuzes die twee opgroeiende vrouwen moeten maken in een maatschappij waar onvrijheid de norm is, is hij echter de moeite wel waard. En hopelijk is Van de Velde zo’n regisseur die anderen over de dam zal trekken en volgen we wat dat betreft het voorbeeld dat Hollywood stelt."

Jos van der Burg in 'Het Parool' van 25 september 2013: " (...) In de echte wereld willen goed en kwaad nog wel eens door elkaar lopen, maar in Van de Veldes verfilming van Cynthia McLeods Surinaamse bestseller Hoe duur was de suiker zijn de scheidslijnen glashelder. Over wie goed of slecht is, hoeft de kijker zich in elk geval het hoofd niet te breken. De koloniale soap, pardon: het historische drama, speelt zich af op een Surinaamse suikerplantage tussen 1765 en 1779. Centraal staan de liefdesperikelen van de twee blanke koloniale zussen Sarith (Gaite Jansen) en Elza (Anna Raadsveld), en hun uit een slavin geboren gekleurde halfzus Mini Mini (Yootha Wong-Loi-Sing). (...) Hoe duur was de suiker had een film moeten zijn die inzicht geeft in het dagelijks leven van slaven en slaveneigenaren. Hij had iets voelbaar moeten maken van de verwrongen verhoudingen onder de slavernij en de gevolgen voor de Surinaamse samenleving. Een enkele keer doet de film dat, maar veel te weinig. De slavernij vormt slechts de dramatische achtergrond van soapachtige liefdesperikelen. Zelfs als de plantage aangevallen wordt door opstandige slaven (de film speelt in de tijd van de Bonioorlogen, waarin gevluchte slaven plantages aanvielen) is dat slechts een dramatisch middel voor spanning in de levens van de blanke plantagebewoners. Hoe duur was de suiker gaat niet over slavernij, maar over de ravage die een kwaadaardige femme fatale ('ik kan iedere man krijgen die ik wil') in haar omgeving aanricht. Voor zo'n film hoef je het slavernijverleden er niet bij te slepen."

Eric Koch in 'de Telegraaf' van 25 september 2013: "De suiker werd duur betaald in het Suriname van het achttiende eeuw. Niet door de blanke kolonisten die met hun gulle hand hun koffie of thee verzoetten. Hun zwarte slaven moesten er echter hun bloed in leggen. Tegen de achtergrond van die bittere situatie vertelt slavin Mini-Mini haar levensverhaal in Hoe duur was de suiker. In de verfilming van Jean van de Velde speelt de vertelster echter niet meer dan een bijrolletje. Zijn camera is vooral gericht op bazin Sarith, met wie Mini-Mini samen opgroeit. De knappe dochter van een plantagehouder vraagt ieders aandacht, in alle opzichten. Ze is een kille, egoïstische intrigante, die iedereen tegen elkaar uitspeelt om haar zin te krijgen. In haar saaie omgeving hunkert ze vooral naar mannelijke aandacht. Sarith droomt van wereldsteden als Parijs en Venetië, maar haar beoogde echtgenoot vindt zijn maatschappelijke vooruitzichten belangrijker dan haar gezelschap en trouwt met een ander.Tandenknarsend richt Sarith vervolgens haar aandacht op telkens andere mannen en beschadigt onverschillig verschillende levens. Dat zo’n onsympathiek personage het middelpunt van een film vormt, is minder zwaarwegend dan het belabberde acteren over vrijwel de gehele linie. Wat de kijker voorgeschoteld krijgt, doet denken aan de generale repetitie van het schooltoneel of aan de conference van Fons Jansen over een hoorspelacteur: ’on-na-tuur-lijk, hoe be-doelt u?’ Moeilijk te begrijpen van een regisseur, die ruim een decennium geleden met Lek een film van internationaal niveau afleverde. Rondom Gaite Jansen, voor het eerst in haar prille, veelbelovende carrière fysiek en vocaal houterig, worden de ontwikkelingen betrekkelijk schools in beeld gebracht. Hoewel de neerbuigende, gevoelloze behandeling van de slaven door alle poriën van de film ademt, lijkt een scène waarin een beknelde arm wordt afgehakt om het productieproces niet op te houden, er vooral ingebracht om te illustreren dat de suiker inderdaad duur werd betaald.De mooie plaatjes eromheen maken de vlakke verfilming van het succesvolle boek van Cynthia McLeod, 150 jaar na de afschaffing van de slavernij, niet boeiender."

Bor Beekman in 'de Volkskrant' van 26 september 2013: "De amoureuze verwikkelingen in Hoe duur was de suiker? lijken dikwijls op die uit een soap.(...) Gaite Jansen is een geraffineerde actrice, gezegend met priemende blik, maar al die rechttoe-rechtaan dialogen doen geen recht aan haar niveau. Veel valt ook wel te waarderen aan deze mooi aangeklede verfilming. Van de Velde zadelt de kijker op met een onsympathieke heldin, wat van lef getuigt. En eventuele irritatie bij al dat gelellebel van Sarith sluit aan bij de emoties van de verdrukte verteller Mini-Mini, die als slavin geen keuze heeft, zij móet zich wel om haar misi bekommeren. Op cruciale momenten krijgt de erfenis van de geschiedenis nadrukkelijk gewicht en zijn personages meer doorgeefluik dan mens. Dat gold ook voor de roman van McLeod, maar film stelt andere eisen. Zo tovert Van de Velde een vergiffenisscène tevoorschijn als spijtbetuiging voor de slavernij. Goedbedoeld, maar bezien vanuit de personages en de tijd waarin de film zich afspeelt, ook volstrekt ongeloofwaardig."

Kijkwijzer: 16 jaar (grof taalgebruik, geweld).
Facebook
Trailer
IMDb
Première: 26 september 2013
K-125 minuten

Geen opmerkingen:

Een reactie posten