zaterdag 25 februari 2012

DE GOEDE DOOD


Wannie de Wijn

met: Wilbert Gieske (Bernhard), Huub Stapel (Michael, Bernhards broer), Will van Kralingen (Hannah), Peter Tuinman (huisvriend Robert), Hans Thissen (Ruben), Saskia Bonarius (Sam, Bernhards dochter), Peter Bolhuis (taxichauffeur), Marcel Oosterwijk (man Schiphol), Anne Wallis de Vries (moeder), Julia van Wijngaarden (dochter)

Scenario: Wannie de Wijn, Jeroen van den Berg, Saskia Bonarius. Als Bernhard kiest voor euthanasie, maakt dat heel wat los bij zijn naasten. Op de laatste avond die ze samen beleven wordt gezongen, gelachen en gehuild. Maar de twijfels en dilemma’s overheersen met het pijnlijke besef dat Bernhard er de volgende ochtend om 9 uur niet meer zal zijn.

Productiemaatschappij: Electric ZOO, Wallis Filmproducties. Producent: Maarten van Hemmen. Camera: Lex Brand. Muziek: Daniel Lohues. Montage: Tanya Fallenius. Production design: Kris Meinema. Distributeur: Wild Bunch.

Wannie de Wijn schreef en regisseerde eerder ook het toneelstuk dat in 2008 een doorslaand succes was met een tournee -inclusief reprise- van 120 voorstellingen langs vele uitverkochte zalen. De Toneelpublieksprijs 2008 was de bekroning hiervan. Inmiddels is het toneelstuk ook in Duitsland geproduceerd, en staan er producties in Oostenrijk en Engeland op stapel.

Na het succes van het gelijknamige tragikomische toneelstuk startten 4 juli 2011 de opnames van de speelfilm in Aerdenhout en omgeving. Opgenomen op onder andere Spechtlaan 2 in Aerdenhout. Gemaakt zonder geld van de fondsen of een omroep.

De hoofdrollen worden vertolkt door de complete originele cast uit het toneelstuk: Will van Kralingen, Huub Stapel, Peter Tuinman, Wilbert Gieske, Hans Thissen en Saskia Bonarius.

Persreacties:
Joost Broeren in 'de Filmkrant' van februari 2012: "(...) Terwijl in Engeland de discussie over euthanasie afgelopen zomer oplaaide, werd die in Nederland al zo'n vijftien jaar geleden gevoerd: in 1994 veroorzaakte de IKON-documentaire Dood op verzoek nationaal en internationaal oproer. Inmiddels is euthanasie al een dik decennium legaal, en dat zie je terug in de Nederlandse film. Waar buitenlandse films als Mar adentro (Alejandro Amenábar, 2004) of het gitzwart-komische Kill me Please (Olias Barco, 2010, door Filmfreak uitgebracht op dvd) expliciet de discussie over euthanasie voeren, presenteren Nederlandse films als Ik omhels je met 1000 armen (Willem van de Sande Bakhuyzen, 2006) en Simon (Eddy Terstall, 2004) het daarentegen als een vanzelfsprekend recht. Voor De goede dood geldt hetzelfde: euthanasie zelf staat niet ter discussie, er wordt hooguit wat gekibbeld of het voor de stervende wel echt de juiste keuze is. Alleen: De goede dood heeft geen ander onderwerp en daardoor ontbreekt elk venijn. Er wordt flink gehakketakt — over het verleden, over de erfenis, over elkaar — en ieder heeft zo zijn eigen manier om met de dood om te gaan. De film balanceert zorgvuldig op de grens tussen overdreven sentiment, oprechte ontroering en komische opluchting, maar het is niet genoeg. De camera voegt niets toe. Het is een toneelregistratie, met de net wat te gedragen en gearticuleerde dialogen die in het theater prima werken maar in de bioscoopzaal volledig doodslaan. De Wijn heeft zijn toneelstuk op film gezet, maar cinema is het niet geworden."

Mario Wisse in 'Metro' van donderdag 23 februari 2012: "Zit vol met prachtige zinnen als deze (van Bernhard): ‘Ik heb niks te maken met de dood. De dood is van jullie. Het sterven is van mij’. IJzersterke film over een heikel onderwerp. O ja, misschien moet de filmmaatschappij een dvd’tje naar de Republikeinse presidentskandidaat Rick Santorum sturen."

Robbert Blokland in 'Sp!ts' van donderdag 23 februari 2012: "(...) Als het in films over euthanasie gaat, is er een duidelijk verschil tussen Nederland en de rest van de wereld. Waar levensbeëindiging bij ondraaglijk lijden bij ons al tien jaar legaal en geaccepteerd is, staat in buitenlandse producties als Mar Andentro of Million Dollar Baby nog vooral de vraag centraal óf een leven onder bepaalde omstandigheden beïndigd mag worden. Nederlandse titels als Simon (2004) en Ik omhels je met duizend armen (2006) gingen meer over de dramatische en emotionele complicaties rond het moment.Het grootste probleem van De Goede Dood is dat de diverse personages te weinig worden ontwikkeld om echt emotioneel mee te kunnen leven met hun triviale ruzies, hun grapjes en hun tranen. We observeren vooral hoe de familieleden en vrienden de keuze van Bernhard in twijfel trekken. Er wordt gelachen, gezongen en gehuild. Er worden glazen champagne geschonken en oude anekdotes opgehaald, Bernhard geniet nog éen keer van het Requiem van Mozart. Maar hoewel het positief is dat het verhaal smaakvol blijft en nergens verzandt in vals sentiment, weet het laatste etmaal van Bernhard pas tijdens de slotscene enigszins te ontroeren (mede dankzij een prachtig lied van Drentse zanger Daniel Lohues). Bovendien overstijgt de verfilming van De Goede Dood nooit echt het gelijknamige toneelstuk dat dezelfde groep acteurs eerder met veel succes in de Nederlandse theater speelde. De camera voegt maar weinig toe en in de nadrukkelijk gearticuleerde manier waarop de (bij vlagen vlijmscherpe, maar soms ook gekunsteld aandoende) dialogen worden uitgesproken, weerklinkt nog te veel de theateroorsprong van het verhaal."

Fritz de Jong in 'Het Parool' van 23 februari 2012: "Euthanasie is in ons land geen groot onderwerp meer. In de toneelverfilming De goede dood staat het recht van een doodzieke man (Wilbert Gieske) waardig uit het leven te stappen dan ook nauwelijks ter discussie. Wel zijn er in de familie meningsverschillen over het tijdstip.Stapel [brengt] botheden over het voetlicht die hem in het theater zouden laten schitteren als een schrijnend komische figuur. Maar in de nabijheid van een microfoon die tegen dit moddervette acteerwerk hoorbaar is niet opgewassen, slaat zijn optreden compleet dood. In het theater zal het door Wannie de Wijn geschreven en geregisseerde De goede dood een mengeling van ontroering en relativerende humor teweeg hebben gebracht, die zich uiteindelijk vertaalde in het winnen van de Toneel Publieksprijs. Maar de vertaalslag naar cinema hebben De Wijn en zijn op elkaar ingespeelde acteurs nergens gemaakt. Het resultaat is een praterig en veel te letterlijk stuk voorlichtingsdrama, waarin het uitblijven van echte conflicten al is besloten in de ironieloze titel. Voor betrokkenen bij euthanasie is het wellicht heel herkenbaar. Maar als gewone kijker voel je nauwelijks emotie, omdat alle gevoelige momenten worden dichtgesmeerd met theatrale gebaren die enkele maatjes te groot zijn voor de intimiteit die bij film hoort."

Kijkwijzer: 12 jaar (angst).
Trailer
Première: 23 februari 2012 (11 bioscoopzalen)
K-88 minuten

vrijdag 24 februari 2012

TAPED

Diederik van Rooijen

met: Barry Atsma, Susan Visser, Darío Levy, Ignacio Rodríguez de Anca

Scenario: Marnie Blok, Diederik van Rooijen. In Taped doen Johan en Saar een laatste poging om hun huwelijk te redden door samen op vakantie te gaan naar Buenos Aires. Als belofte aan hun dochter registreren ze hun activiteiten met een videocamera. Wanneer ze echter per ongeluk een gruwelijke moord vastleggen, moeten ze vluchten om in leven te blijven.

Producenten: Sabine Brian, Alain De Levita, Elwin Looije, Ronald Versteeg. Muziek: Bart Westerlaken. Camera: Lennert Hillege. Montage: Moek de Groot, Stanley Kolk. Casting: Job Castelijn, Janusz Gosschalk. Art direction: Juan Miceli. Kostuums: Bho Roosterman. Make up: Brigitte Pleijzier. Distributeur: Independent Films. Taal: Nederlands, Engels, Spaans.

Taped is een productie van NL Film (bekend van o.a. De Storm, Lang & Gelukkig, In Therapie en Penoza) in samenwerking met de KRO. De film komt tot stand met steun van het Nederlands Fonds voor de Film en het CoBO Fonds en Stichting Abraham Tuschinski Fonds.

Een van de laatste scènes speelt zich af in een sloppenwijk. Wanneer je vooraf de plaatselijke maffiabaas betaalde - wat de producent heeft gedaan - had je bescherming. Een filmploeg die er eerder was geweest had dat niet gedaan en was beschoten.

Susan Visser over haar rol: "Taped is op een bijna Dogma-achtige manier gedraaid. Het resultaat is enorm confronterend: zo lelijk ben ik volgens mij nog nooit op het scherm te zien geweest. Ik hoop maar dat mensen anderhalf uur lang naar mijn hoofd willen kijken als ik er zo uit zie. In Amerika kan ik het in elk geval vergeten als ze Taped hebben gezien. ‘Die vrouw heeft gewoon rimpels, wat moet die hier in Hollywood?!’ "

De eerste vertoning voor publiek was op zaterdagavond 18 februari 2012  als start van een vijfdaags filmfestival tijdens de Huishoudbeurs in het RAI ‘Film’ Theater in Amsterdam.

Persreacties:
Leroy van den Berg in 'Metro' van donderdag 23 februari 2012: "Taped is het bewijs dat de Nederlandse filmindustrie wel degelijk in staat is om een meeslepende thriller te maken."

Robbert Blokland in 'Sp!ts' van donderdag 23 februari 2012: "De thriller is een filmgenre dat in Nederland maar weinig wordt beoefend. Daarom is het ergens wel jammer dat er binnen één maand in de bioscoop maar liefst twee spannende titels uitkomen die zich ook nog kwalitatief met elkaar kunnen meten. In maart is het de beurt aan Quiz van Dick Maas, en deze week gaat Taped van de jonge regisseur Diederik van Rooijen in premiere. Je zou Taped het (late) Nederlandse antwoord kunnen noemen op de tsunami aan met de handcam gedraaide films die Hollywood overspoelde na het succes van lowbudget-experiment The Blair Witch Project. Een groot deel van de film bestaat uit opnames die het echtpaar Johan (Barry Atsma) en Saar (Susan Visser) maakt als zij om hun relatiecrisis op te lossen naar Buenos Aires afreizen, de stad waar ooit ook hun liefde opbloeide. Voor hun dochter Roos, die in Nederland achterbleef, maken zij een videoverslag. (...) Taped is een film die heel erg een beroep doet op het ’wat zou jij doen’gevoel van de kijker. Misschien was het niet de slimste zet van de twee Nederlanders om ’s avonds laat op een smoezelig busstation te gaan staan. Maar wie daar overheen stapt, kan heel lang mee gaan in de intense achtervolging door de vuige achterbuurten van Buenos Aires. De jonge cameraman Lennert Hillige (die eerder virtuoos werk leverde voor onder meer Nova Zembla en KEVBDD) draaide, heeft er voor gekozen - ook als het echtpaar zelf niet meer filmt - Johan en Saar continue met zijn camera op de huid te zitten. Hierdoor is het voor de kijker onmogelijk om te ontkomen aan het nare, paranoide gevoel dat elke Argentijn die in beeld verschijnt wel weer corrupt en dus gevaarlijk kan zijn. Bovendien durft Taped - zonder iets te verraden - als de (erg leuk gevonden) climax nadert verder te gaan dan de meeste Amerikaanse films waar het gaat om de ontberingen die het koppel moet doorstaan op hun vlucht voor de politie. Misschien heeft Hollywood mede daarom al interesse hebben getoond in een remake van de aangenaam ongepolijste thriller."

Fabian Melchers op Neerlands Filmdoek op 23 februari 2012: "(...) Taped opent met beelden die door de acteurs zelf zijn gedraaid, iets wat Van Rooijen ook al deed in zijn eerdere films Stella’s Oorlog en Bollywood Hero. (...) Frustrerend is het om te zien hoe de twee keer op keer impulsieve beslissingen maken die zich uiteindelijk alleen maar tegen ze keren. Realistisch, omdat mensen in paniek en vol met adrenaline niet helder kunnen denken? Of vergezocht en gekunsteld? Met name het laatste kwartier vergt wat inschikkelijkheid van de kijker. Verder valt er goed mee te gaan in deze thriller. Een van de grote pluspunten is dat Barry Atsma en Susan Visser zich hier van hun beste kant kunnen laten zien. In de vaak minutenlange shots, intens en opwindend in beeld gebracht, krijgen ze de ruimte om volledig in hun rol op te gaan. Dat levert bloedstollende èn dramatische momenten op. Flink opgeschroefd, dat wel.Want de ellende wordt af en toe rijkelijk uitgebuit. In de climax zien we bijvoorbeeld hoe Johan -opgejaagd en aangeslagen- zijn dochter opbelt om te vertellen dat alles in orde is. Het doet denken aan een sterke scène met Brad Pitt uit Babel (2006), maar het komt hier vooral over als effectbejag. Toch is Taped over de hele linie een onderhoudende, pakkende thriller. Van Rooijen houdt de vaart er goed in, het camerawerk is uitstekend, en de twee hoofdrolspelers spelen zo overtuigend dat je nooit te lang hoeft te twijfelen over de wentelingen in het verhaal."

Première: 23 februari 2012
K-81 minuten

SPROOKJESBOOM DE FILM

Hans Walther

met de stemmen van: Hero Muller, Reinder van der Naalt, Roos van Waerden, Rinie van de Elzen, Armin van Buuren, Ali B. , Lieke Pijnappels, Frank Focketijn, Marike Folles

In de 73 minuten durende Sprookjesboom de film belanden Roodkapje, Wolf, Assepoester, Reus en Klein Duimpje uit het Sprookjesbos per ongeluk in het onbekende Winterland. De bewoners willen heel graag terug naar huis, maar daarvoor moeten ze eerst vijf kristallen vinden. Tijdens deze zoektocht probeert Heks daar een stokje voor te steken. In Winterland ontmoeten de sprookjesbosbewoners de winterlandbewoners; IJskabouter Kluns, IJsdraak en IJsfakir. Gaat het de Sprookjesbosbewoners lukken om weer terug te komen in het Sprookjesbos?

Producent: Efteling B.V. Montage: Hans Walther. Muziek: Martijn Schimmer. Genre: animatie. Kijkwijzer: Alle leeftijden.

Persreacties:
Fabian Melchers op Neerlands Filmdoek op 21 februari 2012: "Wie ooit in de Efteling is geweest zal zich de tijdloze charme van het park kunnen herinneren. Met name het Sprookjesbos, dat in 1952 openging, ademt een warme sfeer van nostalgie. Dat kan absoluut niet worden gezegd van Sprookjesboom de Film, de eerste filmproductie van het pretpark. De kenmerkende, authentieke ambiance van de Efteling wordt compleet ondermijnd door de digitale animatie, die ook nog eens bar slecht is uitgevoerd. Trots wordt er in de persmap beschreven dat er in Nederland nooit eerder een lange film met behulp van motion-capture is gemaakt. Bij die techniek registreert een computer de bewegingen van acteurs, die vervolgens worden vertaald naar animaties. In films als Polar Express en Avatar kon je zo het uiterlijk van de echte acteurs terug herkennen in de geanimeerde personages. In Sprookjesboom merk je daar niets van. De animatie is namelijk ver ondermaats. Nu hebben makers in Nederland daar misschien minder ervaring mee, maar het stemt toch droevig als je beseft dat het uiterlijk van Toy Story -een film van zeventien jaar oud- vele malen beter is. Gezichten bewegen stijf en onnatuurlijk, en monden lopen asynchroon met de tekst. Zelfs computergames zien er tegenwoordig beter uit. Waarom is er niet gekozen voor een handgetekende animatiefilm? Dat zou waarschijnlijk ook beter de originele, zestig jaar oude sfeer van de Efteling hebben uitgestraald. Deze film, inclusief het saaie verhaal over verdwaalde sprookjesfiguren die kristallen moeten verzamelen, heeft vrijwel niets met het familiepark in Kaatsheuvel te maken. En ook al is een kinderhand gauw gevuld; ouders kunnen hun geld beter anders besteden. Een kaartje voor een pretpark is wel duurder dan de bioscoop, maar dan rij je ook niet na 73 minuten ontgoocheld terug naar huis."

Merike Woning in 'Metro' van donderdag 23 februari 2012: "Ga naar de bioscoop want: De makers van Sprookjesboom De Film zijn creatief omgesprongen met bestaande sprookjes en hebben daar weer een nieuw sprookje van gemaakt. Het eindresultaat is niet alleen aantrekkelijk voor de allerkleinsten.  Blijf thuis want: Je vindt dat er aan sprookjesverhalen niet getornd mag worden. Roodkapje en de wolf horen bij elkaar. Ze moet niet ineens de hort op gaan met Assepoester en Klein Duimpje."

Première: 22 februari 2012 (106 bioscoopzalen)
K-73 minuten

vrijdag 17 februari 2012

ZOMBIBI

Martijn Smits, Erwin van den Eshof

met: Achmed Akkabi (Aziz), Rik Sinkeldam (Steef), Gigi Ravelli, Sergio Hasselbaink, Mimoun Ouled Radi, Jan Doense (Victor Vijnemans), Wouter Braaf (soldaat/vampier), Yahya Gaier, Noel Deelen (Jeffrey), Uriah Arnhem (Nolan)

Terwijl zijn klooiende broer Mo aan het zwembad ligt te genieten van de zon, vindt de onhandige Aziz het niet erg om op kantoor te zijn. Hij is namelijk bij Tess, zijn prachtige collegaatje waar hij dolverliefd op is. Als Aziz echter door toedoen van zijn broer wordt ontslagen, is hij zo boos dat hij verhaal gaat halen bij het zwembad. Hij krijgt daar per ongeluk ruzie met de verkeerde en belandt met zijn broer in de cel. Dat blijkt hun redding, want die nacht is er een Russisch ruimtestation neergestort op Nederland. Na een rumoerig nachtje blijkt er niemand meer in het politiebureau aanwezig te zijn, op de jonge politieagente Kim na. Ze komen er achter dat de hele buurt volloopt met zombies en ze moeten zo snel mogelijk weg zien te komen. Maar… als Aziz zijn voicemail afluistert, hoort hij een noodkreet van Tess. Hij moet haar helpen. De anderen kennen haar echter niet en ze willen hun leven niet zomaar op het spel zetten.

Producenten: Ingrid Remeysen, Paul Ruven. Camera: Joost van Herwijnen. Montage: Joost van de Wetering. Kostuums: Martina Fehmer.

Eerste hoofdrol voor Gigi Ravelli. Ze speelde eerder vier seizoenen in GTST de rol van de gehaaide Lorena Gonzalez.

Persreacties:
Barend de Voogd in 'de Filmkrant' van februari 2012: "(...) Het kluchtige scenario van Tijs van Marle (Spion van Oranje) is een aaneenschakeling van grappen. Mimoun Ouled Radi speelt de mocro-clown; Uriah Arnhem de dikke neger. Zombibi is gemaakt voor 12 tot 18-jarigen en dat is te merken ook. Eng wordt het nooit. Smits en Van den Eshof serveren met kinderlijk plezier afgerukte ledematen en uiteenspattende zombiehoofden. De make-up effecten zijn prima. Zombibi werd in slechts negentien dagen opgenomen. Een paar keer is te merken dat er geen tijd of geld was voor reshoots of dat scènes ontbreken. Dramatisch is Zombibi volstrekt voorspelbaar. Uitgerekend Aziz is het meest fletse personage. Hoofdrolspeler Yahya Gaier geeft als enige de indruk er weinig lol aan te beleven. Niet terecht want Smits en Van den Eshof slaagden er ondanks alle beperkingen in een redelijk energieke, kleurrijke film te maken. Er zitten een paar gelaagde cameo's in — Michiel Romeyn als automonteur — maar de leukste is toch de tragikomische Sergio Hasselbaink. Hij heeft de meest macho scène in de film, maar moet die wel meteen bekopen en betaalt ook een prijs voor zijn iets te enthousiaste MC Hammer-imitatie: 'U Can't Touch This'. En daar is ie dan toch: een onverwachte schaterlach."

Sp!ts van donderdag 16 februari 2012: " (...) Eng, dramatisch of meeslepend wordt die moeizame tocht door Amsterdam geen moment. Zombibi houdt het midden tussen een parodie op en een liefdevol eerbetoon aan het zombiegenre, en het resultaat is vooral heel erg melig. Geslaagde grappen zijn er daarbij genoeg. Het sullige gangsterhulpje Nolan (Uriah Arnhem) loopt bijvoorbeeld de halve film met bowlingballen aan zijn handen omdat hij zijn dikke vingers er niet uitkrijgt, maar dat blijkt wel een effectief wapen om zombies de hersens mee in te slaan (zoals iedereen weet de enige manier om ze te om te leggen). En Carlo Boszhard schittert in zijn bijrolletje als nieuwslezer Jan de Hoop die dapper het zombienieuws blijft verslaan. Daar staat een hoop flauwigheid tegenover die simpelweg nergens op slaat. Waarom Ben Saunders in zijn gastrolletje bijvoorbeeld heel cool zit te grijnzen in zijn limousine, terwijl om hem heen de zombies zojuist een tankstation vol mensen hebben verslonden, is een raadsel. Het lijkt de voornamelijk kibbelende personages toch al erg weinig te raken dat zich om hen heen een ramp voltrekt en dat ze herhaaldelijk rakelings aan de dood ontsnappen. Dat is voor een onzinkomedie als deze op zich best begrijpelijk, maar een béétje meer geloofwaardige figuren had de film geen kwaad gedaan. Dat neemt niet weg dat Zombibi in al zijn knulligheid af en toe echt hilarisch is. Niet fijnzinnig of doordacht gemaakt, maar wel goed voor een portie - bijna letterlijk – hersenloos vermaak."

Première: 16 februari 2012 (61 bioscoopzalen)
K-87 minuten

TONY 10

ook: TONY TIEN
Mischa Kamp

met: Faas Wijn (Tony Wagemans), Jeroen Spitzenberger (Gilles), Rifka Lodeizen (Sissy), Carlo Boszhard (leraar), Anna Drijver (Wanda), Annet Malherbe (koningin), Loek Peters (Toep)

Scenario: Mieke de Jong. De vader van het tienjarige jongetje Tony klimt op van kraanmachinist tot minister. Als gevolg raakt het huwelijk van zijn ouders in de problemen en zijn vader verlaat zijn moeder. Tony probeert alles om ze weer bij elkaar te krijgen. Zelfs het bellen van de Koningin.

Producenten: Jeremy Burdek, Joost de Vries, Heino Deckert, Nadia Khamlichi, Leontine Petit, Adrian Politowski, Marleen Slot, Gilles Waterkeyn. Muziek: Steve Willaert. Camera: Bert Pot. Montage: Marc Bechtold, Sander Vos. Casting: Janusz Gosschalk, Martha Mojet. Production design: Minka Mooren. Kostuums: Monica Petit, Maartje Wevers. Make up: Françoise Mol. Geluid: Dirk Bombey. Stunts: Heidi Alemans. Rachel Traets (13), tweede op het Junior Eurovisie Songfestival 2011, zingt de titelsong Never Nooit.

Persreacties:
Leo Bankersen in 'de Filmkrant' van februari 2012: "(...) een film waarin vanaf het allereerste beeld alles goed zit. We zien een grote stoere kraan een glazen kom ophijsen met daarin een goudvis. Want Tony's vader is de beste kraandrijver van de wereld. Vanaf dat moment ontvouwt zich een wereld waarin alles mogelijk en geloofwaardig is. Dankzij fijne kwinkslagen en de fraaie rol van Annet Malherbe is het zelfs vanzelfsprekend dat de koningin Tony te hulp schiet bij een ultieme poging om zijn ouders (Jeroen Spitzenberger en Rifka Lodeizen) weer bij elkaar te brengen. Het is de eerste keer dat regisseur Mischa Kamp (Het paard van Sinterklaas) en scenarioschrijver Mieke de Jong (Iep!, Oorlogswinter) samenwerken en het blijkt een gelukkige combinatie. Wat opvalt is dat ze erin geslaagd zijn om de film te modelleren naar het wereldbeeld van een tienjarige. Als je tien bent, ben je nog net jong genoeg om te geloven dat vaders alles kunnen, dus ook minister worden. Terwijl je ook de spanningen thuis al haarfijn aanvoelt. Dat perspectief gaf de makers vrijheid. Tegelijkertijd is het gelukt om binnen die vrolijke en speelse vorm de emoties realistisch te houden. De ontknoping is nuchter genoeg voor de onsentimentele kijker, en optimistisch en feestelijk genoeg voor het kinderpubliek. Ook de komische intermezzo's op school of met Tony's vriendinnetje zetten plezierige accenten. Hoewel er niet gezongen wordt heeft Tony 10 vaak de dynamiek van een musical. De Jong maakte met Ochtendwemmers (2001) al eens een uitstapje naar dat genre en ik zou graag zien dat ze het samen met Kamp nog eens probeert."

Merike Woning in 'Metro' van donderdag 16 februari 2012: "Leuk om Jeroen Spitzenberger een keer te zien in een rock 'n roll rol. Staat hem goed! En dan met Annet Malherbe als koningin: wie wil dat nou niet zien? De film blijft wat aan de oppervlakkige kant. Echt meeleven met Tony is lastig."

Fritz de Jong in ' Het Parool' van 15 februari 2012: " (...) Omdat de film goeddeels is gefilmd vanuit Tony's kinderperspectief, moeten we wel accepteren dat hij zijn toffer dan toffe vader adoreert. Een vader, die door de ogen van een volwassene in feite een groot kind is, die met zijn onverantwoordelijke gedrag Tony's moeder (Rifka Lodeizen) ongewild in de ondankbare rol van de hysterische huilebalk duwt. Vanuit datzelfde kinderperspectief zijn ook de veranderingen van toon wellicht te verklaren: regelmatig wordt de verhaallijn onderbroken voor - op zich best komische - intermezzo. Geinig is de spreekbeurt van Tony's klasgenootje over een kip. Maar het kan ook té lollig, zoals Carlo Boszhards gemakzuchtige karikatuur van een fatterige schoolmeester. Met regisseur Mischa Kamp (Het paard van Sinterklaas) en scenarist Mieke de Jong (Iep!) heeft Tony 10 filmmakers aan het roer staan die weten hoe je een volwassen kinderfilm moet maken. In hun eerste samenwerking hebben ze helaas niet helemaal het juiste evenwicht gevonden tussen Kamps invoelendheid en de associatieve verhaalsprongen van De Jong. Vrolijk en licht is Tony 10 wel. En dat is natuurlijk best een prestatie in een film over echtscheiding."

Première: 15 februari 2012 (104 bioscoopzalen)
K-85 minuten

LENA

Christophe van Rompaey

met: Emma Levie (Lena), Niels Gomperts (Daan), Jeroen Willems (Tom), Agata Buzek (Danka), Lisa Smit (Hanneke), Rifka Lodeizen (Bea), Chiem Vreeken (Patrick), Arie de Man (Rudi), Blue Ter Burg (Michael), Kevin de Wit (Martijn), Susanne Op 't Hof (Danslerares), Ab Baars (Ab Baars), Steef Cuijpers (Pier), Ernst Dekkers (Pol), Martijn Fischer (rechercheur ), Lottie Hellingman (rechercheur), Meinrad Kneer (Meinrad Kneer), Clemens Levert (Kevin), Martin van Duynhoven (Martin van Duynhoven), Jeroen Wolfs (Jeffrey), Hendrik Moonen (DJ) ; Magdalena Przybylek (stem)

Belgisch-Nederlandse coproductie. Scenario: Mieke de Jong. Lena is het verhaal van een stevig adolescent meisje van Poolse afkomst, inwonend bij haar instabiele moeder. Eigenlijk is ze het gelukkigst als ze aan line-dancing doet. Dansend vergeet ze haar thuissituatie, dromend van een eigen huis en leuke vriend. Maar jongens willen haar eerder voor de seks dan voor de liefde. Zodra Lena verkering krijgt met de populaire Daan, lijkt haar droom alsnog werkelijkheid te worden.

Producent: Els Vandevorst. Camera: Menno Westendorp. Montage: Nico Leunen. Muziek: The Ballroomquartet. Taal: Nederlands, Pools.

Opgenomen in Rotterdam.

Persreacties:
Robbert Blokland in 'Sp!ts' van donderdag 16 februari 2012: " (...) Al is het warmbloedige Lena een Belgisch-Nederlandse coproductie en werd de film grotendeels gedraaid in Rotterdam, het verhaal heeft een bepaalde naargeestige rauwheid waar vooral de Belgen erg goed in zijn (zie ook het voor een Oscar genomineerde Rundskop). De camera zit Lena voortdurend op de huid zit zodat de kijker er niet aan ontkomt elke emotie die het onzekere maar sterke meisje doormaakt met haar mee te voelen. En als zij zich sterk houdt en uiterlijk niet wil tonen hoe beroerd zij er aan toe is, vult de voice-over van haar geweten de hiaten. Dit gebeurt meestal tijdens de linedance-les, het enige moment van de week dat Lena écht zichzelf kan zijn. Het verhaal dat regisseur Christophe van Rompaey vertelt is alles behalve nieuw. Maar net als in zijn voorganger, het even sterke als beklijvende Aanrijding in Moskou, weet hij zijn onconventionele coming-of-ageverhaal de urgentie mee te geven die de film onvoorwaardelijk bestaansrecht geeft. Dit is overigens mede te danken aan het subtiele script van scenariste Mieke de Jong (van wie deze week ook de veel luchtiger jeugdfilm Tony Tien in premiere gaat). Hoe gemakkelijk het ook zou zijn, nergens vervalt het verhaal in de stereotypen of clichés die elke scène wel op de loer liggen. Het is niet verwonderlijk dat Lena hoog eindigde in de lijst met publieksfavorieten op het Filmfestival Rotterdam."

Fabian Melchers op Neerlandsfilmdoek.nl: "(...) Het is spijtig dat de film tegen het eind te overtrokken wordt. Voor een groot deel is Lena een ingetogen en realistisch drama over twee beschadigde families die zich staande proberen te houden. Maar uiteindelijk gaan de wendingen in dit liefdesverhaal te ver. Dat is zonde, maar geen dooddoener. Van Rompaey schetst opnieuw overtuigend een milieu waarin personages verliefd worden, maar door hun povere, onzekere bestaan nooit op een roze wolk willen of kunnen leven. Er heerst een combinatie van troosteloosheid en verlangen. En hoofdrolspeelster Emma Levie weet dat dubbele gevoel in haar eerste rol knap uit te stralen."

Première: 16 februari 2012 (8 bioscoopzalen)
K-119 minuten

NICK

Fow Pyng Hu

met: Merijn de Jong (Nick), Elisa Beuger (Monie), Maarten Heijmans (Jimmy), Luna Meijovic (Sophie), Marcel Hensema (Wim)

Scenario: Fow Pyng Hu. De intelligente en grillige Nick (26) werkt als chef-kok in een restaurant. Hij worstelt met het leven dat hij leidt. Als hij door zijn vriendin aan de kant is gezet en op zijn werk ontslagen, besluit hij op zoek te gaan naar truffels in Kroatië. In de uitgestrekte Kroatische bossen komt hij tot rust in een onverwachtse ontmoeting.

Camera: Benito Strangio. Casting: Kemna Casting, Marc Van Bree. Art Director: Billy Leliveld. Kleding & Make Up: Suzanne Pelgrim. Geluid: Diego Van Uden. Muziek: Mick Witkamp. Montage: Menno Boerema, Edon Riznavollli. Delegate Producer: Judy Maat. Co Producenten: Annemiek van Gorp, René Goossens. Producenten: Frans van Gestel, Arnold Heslenfeld.

Met Nick verdwaalt de kijker dieper en dieper in een bos, real time, zo’n 10 minuten lang. Acteur Merijn de Jong werd op 27 september 1981 geboren in Amsterdam. Hij debuteerde op negenjarige leeftijd in de musical “Les Miserables” van Joop van den Ende in de rol van Gavroche en speelde daarna op jonge leeftijd in verschillende opera producties van de Nederlandse Opera Stichting.

Luna Meijovic speelde onder andere in films als On a trip (Jasmila Zlbanic, 2008), Cirkus Fantasticus (Janez Burger, 2008) en I don’t dream in German (Ivana Lavolic, 2008). Ze maakte haar debuut in de speelfilm Esma’s Secret van regisseur Jasmila Zlbanic (2006), die een Gouden Beer won op het Berlin International Film Festival.

Maarten Heijmans (1983) studeerde in 2007 af aan de Amsterdamse Toneelschool. In de zomer van 2011 was hij te zien in de voorstelling Les Enfants du Paradis in het openlucht theater in het Amsterdamse Bos. Hij was op televisie te zien in o.a. S1ngle (NET5), Klokhuis (NTR), TiTaTovenaar (Z@pp) en SpangaS (NCRV).

Elisa Beuger werd geboren op 22 oktober 1979 in Rotterdam. Ze studeerde af aan de Toneelacademie Maastricht en volgde daarna een korte opleiding in New York bij het Lee Strasberg Theatre Institute. Ze speelde diverse gastrollen in televisieseries als Gooische Vrouwen, Keijzer & De Boer, Vuurzee II, Flikken Maastricht en Overspel.

Persreacties:
Mario Wisse in 'Metro' van donderdag 16 februari 2012: "Merijn de Jong (...) zorgt er met zijn knappe spel voor dat je als kijker - ondanks het feit zijn personage een eikel eerste klas is - de hele film lang geboeid blijft. Als je niet het geduld kunt opbrengen om Nick te volgen loop je waarschijnlijk na een kwartier de bioscoopzaal uit. Zonde van je geld."

Première: 16 februari 2011 (2 bioscoopzalen)
K-90 minuten

SÜSKIND

Rudolf van den Berg

met: Jeroen Spitzenberger (Walter Süskind), Karl Markovics (Ferdinand Aus der Fünten), Nyncke Beekhuyzen (Hanna Süskind), Katja Herbers (Fanny Philips), Tygo Gernandt (Piet Meerburg), Nasrdin Dchar (Felix Halverstadt), Dave Mantel (Frits Groenteman)

Scenario: Rudolf van den Berg, Chris W. Mitchell. 1942. In het door de nazi’s bezette Amsterdam besluit de Joodse Walter Süskind handjeklap met de SS te spelen. Het is een levensgevaarlijk kat- en muisspel, waarmee hij honderden kinderen van transport naar de concentratiekampen weet te redden. Terwijl de razzia’s toenemen en het net zich verder sluit rond de Joodse gemeenschap, riskeert Walter alles wat hem lief is en toont hij de moed van een held.

Producenten: Mardou Jacobs, Klaas de Jong, Jeroen Koolbergen, San Fu Maltha, Reinier Selen, Pierre Spengler. Camera: Guido van Gennep. Montage: Job ter Burg. Casting: Janusz Gosschalk. Production design: Hubert Pouille. Art direction: Jan Rutgers. Muziek: Bob Zimmerman, Nando Eweg. Soloviool-partij: Janine Jansen.

Opgenomen in Boekarest, Roemenië, in de studio's van Castel Films. Daar verscheen de Amsterdamse Plantage Middenlaan met echte platanen. Een windhoos zorgt ervoor dat de opnamen een week moeten worden uitgesteld. Toen Van den Berg begon aan de film was er weinig bekend over de hoofdpersoon. Er was een doctoraalscriptie, enkele getuigenissen van kinderen. Wat er was moest ten behoeve van de film worden gedramatiseerd. Spitzenberger lijkt niet op de echte Süskind, die aan de corpulente kant was.

De perspresentatie was in maart 2011 in het Joods Historisch Museum. De film eindigt met "Voor hen die vandaag de dag vernederd en vervolgd worden", gevolgd door een oproep om geld te geven aan War Child.

Het lespakket over verzetsheld Walter Süskind, geïnitieerd door de producenten van de speelfilm, werd massaal besteld door scholen. Het pakket werd meer dan 550 keer besteld.

Derek de Lint sprak de audiodescriptie voor het Nederlandse oorlogsdrama SÜSKIND in. Na films als TIRZA, OORLOGSWINTER en ZWARTBOEK werd ook deze bioscoopfilm op deze wijze toegankelijk voor blinden en slechtzienden. Tevens is er een speciale ondertiteling ontwikkeld voor doven en slechthorenden.

Persreacties:
VARAgids 1-2012: "(...) Peter Post (...) imposant ontbloot bovenlijf rondloopt en daardoor een beetje doet denken aan Ralph Fiennes die in Schindler's List de SS'er Amon Goethe speelde (...) Er wordt goed in geacteerd. Knap is de rol van Karl Markovics (...) door zijn gezichtsmimiek zo lijkt weggelopen uit een stomme film van Carl Dreyer. (...) Waar de Joodsche Raad er als geheel niet positief afkomt, heeft Süskind het voordeel van de twijfel gekregen. Hij is gerehabiliteerd, een held en heeft nu, ruim een halve eeuw later, een film gekregen."

Niels Bakker in 'de Filmkrant' van januari 2012: "(...) Emotioneel blijft Van den Berg op afstand van z'n personages. Ook daardoor behouden ze een zekere ambiguïteit. Pas in het laatste kwartier gaat het roer om, met zware, op Mahler geïnspireerde muziek. Het vioolspel van Janine Jansen gaat door merg en been en in deze heftige apotheose krijgt de kijker voor het eerst de kans om mee te voelen met Süskind en zijn gezin. Van den Berg, die ook al uitblonk in de Grunberg-verfilming Tirza, benadrukt in Süskind de menselijke gebreken die in oorlogssituaties naar boven komen en niet die grootse daden die al zo vaak bezongen worden. Want achteraf is het makkelijk oordelen. Wat doe je zelf in situaties waarin loyaliteiten nooit helder zijn en ook nog eens voortdurend van richting veranderen, waarin alle opties nadelen hebben, of zelfs gevaar opleveren? Er zijn in Nederland over de Tweede wereldoorlog weinig films gemaakt die met zoveel nuance wisten terug te kijken."

Jos van der Burg in 'Het Parool' van 18 januari 2012: "(...) Süskind, waarin het overvolle drama met aanzwellende muziek en emotionele uitbarstingen soms uit zijn voegen barst, gaat over persoonlijke moed in een tijd en op een plek dat het ertoe deed. Walter Süskind is niet geboren als held, maar wordt het. Hij houdt zielsveel van zijn vrouw (Nyncke Beekhuyzen) , maar kan haar wens dat hij stopt met zijn verzetswerk ('Ik wil geen held, ik wil een man') niet vervullen, omdat hij zichzelf dan nooit meer recht in de ogen kan zien. In schril, misschien te schril, contrast met zijn morele moed staan Asscher en Cohen, die tot het bittere einde slaafs blijven samenwerken met de Duitse bezetter. De film is niet mild over hen, waarbij wel erg makkelijk vanuit het heden wordt geoordeeld. Het bestaan van gaskamers viel niet alleen bij Asscher en Cohen buiten het voorstelbare."

Robbert Blokland in 'Sp!ts' van donderdag 19 januari 2012: "(...) Hoe modern en genuanceerd SÜSKIND plottechnisch ook is, perfect is de film niet. Het resultaat had sterker kunnen zijn als hij geen last had van twee makkes die eigenlijk niet meer passen bij de Nederlandse film anno 2012. Sommige dialogen (vooral aan het begin) zijn slecht tot niet te verstaan. En sommige kindacteurs schieten helaas echt te kort tijdens de dramatische hoogtepunten van het verhaal."

Mario Wisse in 'Metro' van donderdag 19 januari 2012: "Gewelige rollen van Spitzenberger, Nyncke Beekhuyzen en de Oostenrijkse acteur Karl Markovics (...) Geslaagde en aangrijpende film die nergens een geschiedenislesje wordt. (...) De 'dramadichtheid' is hoog. Tuurlijk het is een dramatisch verhaal, maar omdat dat nou de hele tijd aan te zetten met van die aanzwellende muziek..."

Fabian Melchers op NeerlandsFilmdoek.nl: "(...) Zo genuanceerd als het beeld was dat Van den Berg wilde geven, zo ondoordacht en gemakzuchtig zit het scenario in elkaar. Pijnlijk slaat hij de plank mis met een vriendschap tussen Süskind en een SS’er. Kan een volwassen man zich zo makkelijk laten misleiden? Sigaren, muziek en flink wat drank zorgen ervoor dat de nazi-officier na korte tijd op Walters schouder uithuilt over zijn problemen. Bijna lachwekkend is het als hij later beseft dat hij om de tuin is geleid, alsof een kind de ontnuchterende waarheid achter 5 december ontdekt.En even ongeloofwaardig zijn de dialogen die de acteurs voor hun kiezen krijgen. Het wordt allemaal veel te taai en houterig gebracht om de film nog goed door te komen, ondanks een cast die het degelijk doet. Een gemiste kans dus, deze oorlogsfilm. Een gemiste kans met een prijskaartje van zes miljoen euro."

Kijkwijzer: 12 jaar (angst, geweld, grof taalgebruik, discriminatie).
Site: http://www.suskinddefilm.nl
Première: 19 januari 2012 (112 bioscoopzalen)
K-118 minuten

DOODSLAG

Pieter Kuijpers

met: Theo Maassen (Max), Maryam Houssouni (Amira), Gijs Scholten van Aschat (Felix), Janni Goslinga (Bettie), Casper van Ouwerkerk (Abel), Micha Hulshof (Boris), Stefan de Walle (Jos ), Ali Ben Horsting (meneer de Wolf), Marjon Brandsma (mevrouw Hendriksen), Ad van Kempen (meneer Hendriksen), Martijn Koning (MC), Lidewij Mahler (Myrthe), Hannah Hoekstra (Judith), Kiki van Deursen (vriendin Judith), Ismael Tarhabi (Karim), Jeffrey Hamilton (Patrick), Ilias Addab (Mo), Mamoun Elyounoussi (Achmed), Najib Amhali (vader Mo), Eric van Sauers (taxichauffeur), Marcel Lenssen (geluidstechnicus theater), Matthijs van Nieuwkerk, Arie Boomsma, Sophie Hilbrand, Tygo Gernandt

Scenario: Marcel Lenssen. De film vertelt het verhaal van ambulancebroeder Max (Maassen), die in zijn werk wordt belemmerd door hufterig gedrag. Hij slaat, daartoe mede aangezet door een tv-optreden van een beroemde cabaretier (Scholten van Aschat), op een dag letterlijk van zich af. Met grote onbedoelde gevolgen.

Doodslag wordt geproduceerd door Pupkin Film (Loft, Van God Los de serie en TBS) in coproductie met de HUMAN, in samenwerking met de gemeente Eindhoven en komt als Telefilm tot stand met steun van het CoBO Fonds en het Ministerie van OCW. Producenten: Pieter Kuijpers, Sander van Meurs, Marion Welmers. Montage: Annelien van Wijnbergen. Casting: Job Castelijn. Distributeur: Independent Films.

In de bijrollen Comedytrain cabaretiers Najib Amhali, Martijn Koning en Eric van Sauers.

Derde film met speciaal opgenomen DWDD-beelden na VOX POPULI en DE GELUKKIGE HUISVROUW. In ALLES IS LIEFDE zit een semi-DWDD-moment met Hans Kesting in plaats van de echte presentator Matthijs van Nieuwkerk.

Film verdeeld in vier stijlen: vrij helder en doelgericht, strak zwartwit, glossy en dan het laatste deel waarin je afdaalt. Ook het geluid verandert steeds.

Persreacties:
Floortje Smit in 'de Volkskrant' van donderdag 12 januari 2012: " (...) Met de SIRE-campagne 'Handen af van onze hulpverleners' die rond oud en nieuw los barstte, kreeg Doodslag opeens een nog actuelere lading dan het al had. De film begint bovendien met een citaat van Mark Rutte. 'We moeten ons land weer terugveroveren op de hufters'. Maar zo eenvoudig is het hier allemaal niet. (...) En zo is Doodslag soms meer pamflet dan film - iets waar een zwartwitsequentie en nadrukkelijke geluidseffecten niets aan veranderen. Alles komt net te mooi bij elkaar; de tegenstellingen die de morele grijstinten moeten benadrukken zijn soms te makkelijk gekozen: het doodgeslagen 'rotjochie' blijkt natuurlijk een leuke knul; een blanke jongen is de echte gangmaker. Toch is het niet storend, vooral omdat Maassen prachtig toont hoe beklemmend het kan zijn als je opeens het middelpunt van wordt van een mediahype. Geplaagd door schuldgevoel en gemangeld door al die opinies zwerft Max als een soort Travis Bickle door het kille Eindhoven, op zoek naar eenvoudige antwoorden die er niet zijn. De lieve man die onder zijn ruige uiterlijk verborgen zit, komt steeds meer onder druk te staan. Met die onvoorspelbaarheid zet Maassen de hele film onder een constante hoogspanning." 

Tisha Eetgerink in 'De Pers' van woensdag 11 januari 2012: "(...) Theo Maassen laat opnieuw zien dat hij niet alleen de lachers op zijn hand kan krijgen op het toneel, maar ook kan acteren met een intensiteit die maar weinigen hem nadoen. Met een lichtheid die haaks staat op zijn reusachtige gestalte, switcht hij van vriendelijke reus naar getergde agressieveling. (...) De stemmingswisselingen krijgen extra kracht door te springen van kleur naar zwart-wit en weer terug, en het rauwe randje wordt rauwer dankzij filmlocatie Eindhoven. (...)" Fritz de Jong in 'Het Parool' van 11 januari 2012: "Voor zijn noodlotsdrama Doodslag liet Pieter Kuijpers zich overduidelijk inspireren door zijn grote voorbeeld Martin Scorsese. Het portret van getormenteerde ambulancebroeders waarmee de film opent, herinnert rechtstreeks aan Bringing out the dead. De scènes waarin hoofdpersoon Max (Theo Maassen) zich beweegt door een door boefjes bevolkt Eindhoven, refereert aan Taxi driver, evenals zijn geïdealiseerde liefde voor een onbereikbare vrouw: de meer dan perfecte verpleegster Maryam Hassouni. En de complexe dynamiek die later in de film ontstaat tussen Max en de ijdele cabaretier Felix (Gijs Scholten van Aschat) valt niet te bekijken zonder te denken aan The king of comedy, Scorseses gitzwarte komedie die tevens de naam van Kuijpers productiebedrijf Pupkin Film influisterde. Er had vast nog meer Scorsese ingezeten wanneer Kuijpers, net als eerder in zijn beter geslaagde misdaaddrama TBS, meer ruimte had gelaten aan zijn hoofdrolspeler Theo Maassen: de enige acteur in Nederland die de imploderende intensiteit van Scorseseacteurs als Robert De Niro, Harvey Keitel of Nicolas Cage kan evenaren. Het natuurverschijnsel Maassen - een grote goeiige lobbes bij wie toch altijd een duistere kant doorschemert - wordt in Doodslag helaas ingekapseld door een praterig scenario, dat spanning en drama opoffert voor een maatschappelijk relevant betoog over hufterigheid. (...) Scholten van Aschat is soms angstaanjagend ongrijpbaar als de volksmenner, die Max net zo makkelijk als held of als misdadiger afschildert. Maar ook hier verhindert het scenario een echt groots optreden: veel te vaak moet Felix zeggen wat de filmmakers aan het publiek willen uitleggen, in plaats van de veel vileinere teksten die deze zelfkicker in werkelijkheid zou gebruiken. Hopelijk laat de getalenteerde Kuijpers zich in zijn volgende film niet alleen door de thema's, maar ook de durf en onafhankelijkheid van Scorsese leiden. Dat zou spannendere cinema opleveren dan de al te voorspelbare Postbus 51-spot die in Doodslag steeds weer om de hoek komt kijken."

Kijkwijzer: 16 jaar (geweld, grof taalgebruik). Site: www.doodslagdefilm.nl.
Première: 12 januari 2012 (50 bioscoopzalen)
K/ZW-87 minuten

donderdag 16 februari 2012

BLACK OUT

Arne Toonen

met: Raymond Thiry (Jos Vreeswijk), Kim van Kooten (Caroline), Bas Keijzer (Bobbie), Renee Fokker (Coca Inez), Edmond Classen (Charles), Katja Schuurman (Charity), Birgit Schuurman (Petra), Willie Wartaal (Wally), Kempi (Björn), Simon Armstrong (Vlad), Ursul de Geer (Rudolf), Alex van Warmerdam (André), Chico Kenzari (Youssef), Robert de Hoog (Gianni), Horace Cohen (Rex), Semmy Schilt (Abel), Joop Kasteel (Seban), Rachella Kingswijk (meisje in bar)

Scenario: Melle Runderkamp, Arne Toonen. Op de dag voor zijn huwelijk wordt ex-crimineel Jos Vreeswijk wakker met een pistool in zijn hand naast een onherkenbaar lijk. De onderwereld beschuldigt hem bovendien van het stelen van twintig kilo cocaïne. Jos krijgt 24 uur de tijd om alles op te lossen. Bijkomend probleem is echter dat hij een black out heeft. Lukt het hem om te voldoen aan het ultimatum en op tijd te zijn voor zijn eigen huwelijk?

Producenten: Erwin Godschalk, Maarten Kuit, Bert Nijdam, Ilse Ronteltap. Camera: Jeroen de Bruin. Montage: Marc Bechtold, Brian Ent. Casting: Job Castelijn. Production design: Alfred Schaaf. Kostuums: Marion Boot, Marian van Nieuwenhuyzen. Make up: Marleen Holthuis. Stunts: Marco Maas, Ron Sleeswijk. What If van de rockband Go Back To The Zoo (GBTTZ) is de titelsong van de actiekomedie.

Er waren 18 draaidagen begroot, maar de regisseur wist er 30 uit te persen. Een dag heeft hij betaald, hij won dagen door zelf alle (hand-)close ups zelf te draaien, een dag kreeg hij van het stuntteam, twee van de distribtuteurs en de acteurs hebben er eentje geïnvesteerd met de toezegging dat ze meedelen als er een bepaald aantal bezoekers komen. Katja Schuurman gaf haar hele gage weg.

Birgit Schuurman, de vrouw van regisseur Arne Toonen, moest net als haar zus Katja gewoon auditie doen voor de rol van incassodame. Katja Schuurman en Birgit Schuurman hadden eerder een draaidag samen voor de televisieserie S1ngle.

In BLACK OUT speelt Alex van Warmerdam voor het eerst mee terwijl hij niet zelf het scenario schreef of de regie voerde. De remakerechten waren eind januari 2012 al verkocht aan België. Trefwoorden: vliegen, Notekraker suite, cocaïne, bowlen. Onder de aftiteling gaat het verhaal nog verder.

Persreacties:
Fabian Melchers op NeerlandsFilmdoek.nl: "(...) Black Out raast de volle lengte als een orkaan door, met een groot aantal twists en maffe bijpersonages. Dat lijkt veel op films als Snatch. en Lock, Stock & Two Smoking Barrels, maar Black Out blijkt meer dan een goedkope kopie. Toonen laat voor een tweede keer zien vermakelijk vindingrijk met een verhaal en personages om te kunnen gaan. In ons land zijn actiekomedies een zeldzaamheid, en wie aan de meest in het oog springende voorbeelden denkt (Vet Hard, Spion van Oranje), zal niet smachtend naar een volgende poging uitkijken. Maar Black Out is het bewijs dat het ook gewoon erg leuk kan uitpakken. Dit smaakt naar meer."

Bart van der Put in 'Het Parool' vab 25 januari 2012: "(...) Black out doet door de flitsende stilering, vlotte montage en kleurrijke personages onmiskenbaar aan de Britse gangsterkomedies van Ritchie denken, maar krijgt een eigen karakter door de manier waarop Toonen de Hollandse locaties, mores en taal benadrukt. Hij maakt daarbij dankbaar gebruik van Alex van Warmerdam en rapper Willie Wartaal, die net als in hun eigen werk een aanstekelijk gevoel voor gortdroog absurdisme etaleren. De flirt met het cinefiele postmodernisme van Tarantino pakt aanmerkelijk minder sterk of grappig uit. Nadat een Russische schurk The godfather citeert, om de held erop te wijzen dat afvallige beroepscriminelen altijd weer in het milieu worden teruggezogen, vraagt hij hem ook nog hoe het voelt om een cliché te zijn. Gangsterbazen die Al Pacino citeren zijn sinds The Sopranos echter zelf een cliché, net als dommekrachten die achter het stuur de genrefilmgeschiedenis doornemen, zoals de bloedlinke gezusters Birgit en Katja Schuurman hier doen. Volstrekt origineel kan het op een vijftien jaar oude trend inhakende Black out dus niet worden genoemd, maar de film is amusant en wild genoeg om dat euvel te overkomen. Na Tim Oliehoeks stuitende misvatting Vet hard en Dick Maas' geinige Moordwijven wekt Toonen met zijn misdaadkomedie de indruk dat het genre ook in Nederland levensvatbaar is, al heeft het publiek daarin het laatste woord."

Ruben van Eijl in 'Sp!ts' van donderdag 26 januari 2012: "(...) Het feit dat Black Out zich het beste laat omschrijven als Lock Stock and Two Smoking Barrels meets The Hangover, doet terecht vermoeden dat Toonen flink leentjebuur heeft gespeeld bij grootmeesters in het genre van de komische gangsterfilm als Guy Ritchie of Quentin Tarantino. Dit verhult de maker zelf overigens geen moment, met talloze postmoderne knipogen en verwijzingen naar allerlei filmklassiekers. Black Out is ook geen perfecte film. Daarvoor meandert het verhaal te veel (een kwaal waar veel van dit soort genretitels overigens aan lijden) en is de kwaliteit van het acteren van de verschillende spelers echt te groot (met - hoe aantrekkelijk hun aanwezigheid ook is voor de doelgroep - als dieptepunt rappers Willie Wartaal en Kempi). Toch weet Arne Toonen met een groot aantal inventieve vondsten, zeer spitsvondige dialogen (absolute scenestelers zijn rechercheur Van Warmerdan en Bas Keijzer als de dommige kompaan van Jos) en een aangenaam hoog tempo zijn tweede bijzonder geslaagde visitekaartje af te leveren. De enthousiaste regisseur legt mensen die maar blijven beweren dat de Nederlandse cinema alleen maar boekverfilmingen en jeugdfilms is, voorgoed het zwijgen op. Wij kunnen niet wachten op de derde Toonen."

Kijkwijzer: 16 jaar (geweld, angst). Site: http://www.blackoutdefilm.nl.
Première: 26 januari 2012 (58 bioscoopzalen)
K-95 minuten

ALS JE VERLIEFD WORDT

ook: STILETTO'S
Hans Scheepmaker

met: Bas Muijs (Benjamin/Benny), Fajah Lourens (Patty), Elle van Rijn (Marilou), Marc van Uchelen (John), Edwin Jonker (Jimmy), Nadia Poeschmann (Rosalie), Ernst Daniël Smid (Daniël), Jasper Faber (Bauwer), Fabienne Leeseman, Daniel Nussbaum, Talisia Misiedjan, Mimoun Ouled Radi, Jihane El Fahidi, Joost Buitenweg, Ruben Lursen, Jolanda van den Berg, Job Redelaar, Casper van Bohemen, Karel de Rooij, Shura Out, Danny da Costa, Colthilde Gaugaud Parici, Tim Murck

Scenario: Dimitri Frenkel Frank. Dertiger Benjamin Buck (Bas Muijs) runt als CEO het grote overslagbedrijf in de Amsterdamse haven dat zijn superrijke vrouw Marilou (Elle van Rijn) van haar vader heeft geërfd. Afkomstig uit een gewoon milieu is Benjamin niet gevoelig voor rangen en standen en verveelt hij zich in deze Wassenaarse kringen steeds meer. Zijn vrouw Marilou voelt zich daar echter als een vis in het water en heeft maar één obsessie; zich steeds verder verfraaien door plastische chirurgie. Op een avond valt Benjamin als een blok voor de fraaie en energieke Patty (Faya Lourens), zonder te weten dat dit mooie meisje in de kantine van zijn eigen bedrijf werkt. Maar Patty voelt totaal zich niet aangetrokken tot dit chique type. Om haar hart te veroveren gaat Benjamin daarom in zijn eigen bedrijf vermomd en zo undercover aan de slag als de volkse vrachtwagenchauffeur Bennie.

Een film van Rob Houwer’s productiehuis NEDFILM & TELEVISION BV in samenwerking met de TROS en Publieke Omroepfonds CoBO. De film wordt gedistribueerd door JUST FILMDISTRIBUTION (Rundskop, Razend, Abrir Puertas Y Ventanas) en zal vervolgens door JustBridge op DVD en Blu-ray worden uitgebracht.

De eerste digitale bioscoopproductie van Rob Houwer. Remake van HOGE HAKKEN, ECHTE LIEFDE. Cameraman is Erwin Steen (Lover of Loser, Pietje Bell). De film zou met digitale techniek gedraaid worden en door speciale software kon dan ook een driedimensionale versie gemaakt worden. STILETTO’S zou dan de éérste Nederlandse 3-D film kunnen worden, maar het liep anders. De opnames vonden tot 25 oktober 2010 plaats in Amsterdam, Wassenaar en Hoogmade. De beoogde première was maart 2011, maar het werd 9 febrauri 2012. Bas Muijs daarover in Sp!ts van dinsdag 7 februari 2012: "Rob Houwer, de producent, is een perfectionist en doet er liever wat langer over dan dat het vol fouten zit." De film was toen in niet-Pathébioscopen te zien en niet als 3D.

Songs o.a. Weekend Love / Golden Earring, Minute By Minute / Golden Earring.

Faja Lourens was in de soap GTST al eerder het liefje van Bas Muijs. Bas verliet de serie in 2005.

Er was voor de pers geen screening en ook geen mogelijkheid de film op de premiere-avond te zien.

Persreacties:
Mario Wisse in 'Metro' van donderdag 9 februari 2012: "(...) meer dan aardige romantische komedie met een leuke cast - Laurens is erg geloofwaardig als opwindende kantinejuffrouw - en een leuk verhaal. Niveau en kwaliteit van de humor en de dialogen is niet altijd om naar huis te schrijven."

Site: www.alsjeverliefdwordt.nl. Kijkwijzer: 12 (drugs, geweld, grof taalgebruik, seks).
Première: 9 februari 2012 (15 bioscoopzalen?)
K-90 minuten

ACHTSTE-GROEPERS HUILEN NIET

ook: COOL KIDS DON'T CRY
Dennis Bots

met: Hanna Obbeek (Akkie ), Nils Verkooijen (Joep), Fiona Livingston (Elise), Bram Flick (Laurens), Amin Belyandouz (Brammetje), Eva van der Gucht (juf Ina), Loek Peters (dokter Snor), Johanna ter Steege (moeder van Akkie), Reinout Bussemaker (vader van Akkie), Chris Comvalius (Afida), Xander Straat (meester Henk), Lea Vlastra (Tamara), Renee de Graaff (Christel), Lucas Dijker (Nico), Mattijn Hartemink (vader Joep), Genio De Groot (huisarts), Fem Petraeus (verpleegster 1), Wendy van den Top (verpleegster 2), Lieke van Lexmond (Louise), Jacques Vriens (fietser), Hanna Verboom (Rebecca), Alex Hendrickx (15 jarige jongen), Kaltoum el Fan (moeder Brammetje)

Scenario: Karin van Holst Pellekaan. Achtste groepers huilen niet vertelt het verhaal van de levenslustige Akkie die wild is van voetbal, ook al vindt klasgenoot Joep dat voetballen geen meidensport is. Akkie laat zich niet op haar kop zitten en met humor gaat ze tegen zijn pesterijen in. Wanneer ze leukemie krijgt, behoudt Akkie haar optimisme en energie. De hele klas van Juf Ina leeft met haar mee en zelfs vanuit het ziekenhuis blijft Akkie zich met het schoolvoetbaltoernooi bemoeien. Als ze zo achteruit gaat dat ze onmogelijk aan het toernooi mee kan doen, bedenkt de stoere Joep een heel bijzonder plan.

Producenten: Michiel Bartels, David-Jan Bijker, Martin Dewitte, Jacomijn Nijhoff, Reinier Selen, Harro van Staverden. Muziek: Johan Hoogewijs. Camera: Gerd Schelfhout. Montage: Philippe Ravoet. Casting: Matijs Wessels. Production design: Florian Legters. Kostuums: Margriet Procee.

Hanna Obbeek is in werkelijkheid ook de dochter van Johanna ter Steege.

Persreacties:
Romy van Krieken in Veronica Magazine van 17-02-2012: "Door al die kwesties wordt dit iets te veel een voorlichtingsfilm, maar wel een doeltreffende. De jonge acteurs zijn schattig en vakkundig tegelijk."

Kevin Toma in 'de Volkskrant' van 16 februari 2012: "(...) Keer op keer strijkt de film neer in het klaslokaal, als juf Ina vertelt hoe het met Akkie gaat, met haar leerlingen een ziekenhuisbezoek plant, of kalm met hen filosofeert over wat er na de dood zou kunnen zijn. Pasklare antwoorden en oplossingen biedt de film niet; het gaat vooral om de warme saamhorigheid die uit het gedeelde verdriet ontstaat. Daarbij kiezen regisseur Dennis Bots en scenariste Karin van Holst Pellekaan vrijwel nooit voor de makkelijkste weg. Geen dikke glycerinetranen of vet aangezette treurmuziek, en het is knap hoe de scenes over Akkies ziekte ongekunsteld worden afgewisseld met de alledaagse beslommeringen die er natuurlijk ook gewoon nog zijn. (...) De vraag wie op wie is, telt soms bijna net zo zwaar als de uitslagen van het ziekenhuisonderzoek - zonder dat de film alle ernst uit het oog verliest. De geweldige cast maakt het karwei af; hoofdrolspeelster Hanna Obbeek, ook in werkelijkheid de dochter van filmmoeder Johanna ter Steege, is ronduit magnifiek. Zonder enige vorm van overdrijving zet ze Akkie neer als een echt mens - stoer, dapper, bang, vaak ontwapenend, koppig en soms een tikkeltje onuitstaanbaar. Wanneer ze haar mooie blonde haar laat afknippen, komt dat hard aan, omdat je een doodziek kind ziet dat in de bloei van haar leven letterlijk en figuurlijk wordt gekortwiekt."

Marco Weijers in 'de Telegraaf' van 16 februari 2012: "(...) Vooral het jonge talent Hanna Obbeek, eerder al te zien in Briefgeheim, maakt grote indruk in deze film. In de rol van Akkie is haar acteren aangenaam naturel, juist ook op de meest dramatische momenten. Regisseur Dennis Bots (Het Huis Anubis) geeft haar daarvoor ook de ruimte, door veel in beelden te vertellen en niet steeds terug te vallen op uitleggerige dialogen. De afronding had daarentegen wel wat subtieler gekund. Dit jeugddrama windt geen doekjes om de harde werkelijkheid en dat is soms pijnlijk confronterend. Tegelijkertijd is Achtste groepers huilen niet een film die het leven viert, zelfs als het veel te kort duurt."

Première: 15 februari 2012 (103 bioscoopzalen)
K-95 minuten